Informatie nieuw pensioenstelsel
Er komt een nieuw pensioenstelsel
Op 12 juni 2020 hebben het kabinet, de werkgevers en de vakbonden een akkoord bereikt over de uitwerking van een nieuw pensioenstelsel. De nieuwe wetgeving wordt per 1 januari 2023 verwacht. Uiterlijk op 1 januari 2027 moeten alle pensioenregelingen in Nederland zijn omgezet naar het nieuwe pensioenstelsel. De pensioenregeling van apothekers werkzaam in de openbare apotheek is daarop geen uitzondering.
Nieuw pensioenstelsel: nieuwe pensioenregeling
Het pensioenakkoord en de komst van een nieuw pensioenstelsel hebben ingrijpende gevolgen voor het pensioen van de openbaar apothekers. Een nieuw pensioenstelsel betekent een omzetting naar een nieuwe pensioenregeling. Zo wordt de huidige middelloonregeling verplicht vervangen door een premieregeling. Voor deze nieuwe regeling moeten veel keuzes worden gemaakt.
De wetgeving is in concept gereed. Op 1 januari 2023 wordt het pensioenakkoord definitief omgezet in wetgeving. Dan is BPOA aan zet om de nieuwe regeling concreet te maken en in te voeren. Daarvoor heeft de vereniging de tijd tot 1 januari 2027, maar het doel is om de regeling al op 1 januari 2024 in te voeren.
De omzetting naar een nieuwe pensioenregeling vraagt om een zorgvuldige voorbereiding. BPOA en SPOA zijn daartoe het gezamenlijk project 'Apothekerspensioen' gestart. Een projectplan is opgesteld voor een zorgvuldige en tijdige uitwerking van het Pensioenakkoord.
Wat gaat veranderen?
- Van aanspraken naar ingelegde premies
De hoogte van het pensioen hangt af van de ingelegde premie, de rente en beleggingsrendementen. Dat blijft zo in het nieuwe stelsel. Maar er zal niet meer worden gesproken over pensioenaanspraken. Bij het communiceren van pensioenaanspraken worden beloften nu gedaan over de hoogte van het pensioen. Ook als dat pas over 40 jaar ingaat. Dat is onhandig en heeft de laatste jaren geleid tot veel aanpassingen in de beloften. Zo zijn in 2012, 2013 en 2014 de pensioenen verlaagd. De afgelopen 10 jaar moesten ook de vaste indexatie, de pensioenopbouw en de premie worden aangepast. Dat heeft veel onduidelijkheid en onzekerheid opgeleverd. Daar wil de overheid graag van af. De belangrijkste reden voor het nieuwe stelsel.
In het nieuwe stelsel is de afspraak dat we premies inleggen en die vervolgens beleggen. Van de ingelegde premie en het beleggingsrendement wordt een pensioenkapitaal opgebouwd, waarmee uiteindelijk een pensioen wordt aangekocht. De groei van het pensioenkapitaal heeft een direct verband met de economie. Dat maakt de pensioenopbouw transparanter.
- Solidariteitsreserve
In het nieuwe stelsel ligt de nadruk op het opbouwen van een individuele pensioenpot. De betaalde premie gaat direct naar dit pensioenkapitaal. Maar niet volledig. Een deel van de premie kan naar een gemeenschappelijke ‘solidariteitsreserve’ gaan. Dat is een van de keuzes die gemaakt moet worden. Met een solidariteitsreserve kunnen pensioenrisico's worden opgevangen. Zo kunnen bijvoorbeeld beleggingsrendementen in slechte jaren worden ondersteund en de gevolgen van een hogere levensverwachting op de pensioenuitkering worden beperkt. Dat zorgt voor een evenwichtigere opbouw in alle leeftijden en meer stabiliteit in de uitkeringen.
- Keuze premieregeling
In het nieuwe stelsel dienen de leden te kiezen tussen twee soorten premieregelingen. De solidaire premieregeling of de flexibele premieregeling. Nadere uitleg en uitgebreide toelichting over deze lastige keuze volgt.
- Solidaire premieregeling
De solidaire premieregeling lijkt het meest op de huidige situatie. De pensioengelden van alle deelnemers worden gezamenlijk belegd en het totale rendement wordt verdeeld over de pensioenkapitalen van de deelnemers, via vooraf afgesproken verdeelregels. Pensioenrisico's worden met elkaar gedeeld. Solidariteit is intrinsiek onderdeel van het pensioencontract (zie kopje "solidariteitsreserve").
- Flexibele premieregeling
Binnen de flexibele premieregeling kunnen deelnemers zelf een aantal keuzes maken. Bijvoorbeeld welk (beleggings)risico de deelnemer wil lopen met het pensioengeld. Er worden minder pensioenrisico's met elkaar gedeeld dan binnen de solidaire premieregeling (zie kopje "solidariteitsreserve").
Wat gebeurt er met de bestaande pensioenen?
Op dit punt moet nog veel wetgeving worden vastgesteld. De belangrijkste vervolgvraag bij de keuze voor een nieuwe regeling is of de bestaande pensioenen bij SPOA kunnen blijven of meegaan in de nieuwe regeling. Dat is het zogenaamde ‘invaren’.
Of we gaan invaren is nog maar de vraag. Er zal gekeken worden wat invaren voor de verschillende groepen deelnemers betekent en of dit verstandig en evenwichtig is. Over de voor- en nadelen van invaren kan pas concreet iets worden gezegd als de nieuwe pensioenregeling gekozen is. Dat betekent dat op zijn vroegst pas in de loop van 2023 over invaren kan worden besloten.
Hebt u vragen over het Project Apothekerspensioen? Mail dan naar info@apothekerspensioen.nl.